Remonstranten varen naar Spanje!

Marijke Meijer Drees (Rijksuniversiteit Groningen)

Auteur
Anoniem
Titel
De Arminiaensche Vaert naer Spaegnien
Uitgever, plaats en jaartal van uitgave
Plaats en uitgever onbekend, 1618
Bibliotheek
Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, K 7720:2

De Arminiaensche Vaert naer Spangien uit 1618 (4°, 16 pp., Knuttel 2779, Muller 1354) behoort tot de contraremonstrantse spotpropaganda tegen de remonstranten of Arminianen en tegen raadpensionaris Johan van Oldenbarnevelt. Op de prent zijn zeilschepen op volle zee afgebeeld, voorzien van de letters A t/m I. Bij die letters volgt op de verso-pagina een uitleg met de namen van de schepen. In het midden schip A, het grootste, met gebolde zeilen, ‘’t Hollandts verderf’ genaamd met ‘Gewelt’ op de mastvlag, ‘Wie mach ons dieren’ op de vlag linksachter, ‘O pistolet’ (toespeling op de zucht naar Spaans geld) op de vlag rechtsvoor, ‘Schyn van deught’ op het middenzeil en ‘Hoop van eer’ op de achterplecht. Vijf kleinere zeilschepen varen mee. Links de ‘Utrecht’(C), rechts de ‘Hoorn’ (D) met een hoorntje op de vlag, en achter dit schip, rechts onderaan de ‘Den Briel’(E), met een brilletje op de vlag, de ‘Leyden’ (F), met de gekruiste sleutels uit het stadswapen op de vlag, en de ‘Gouwe’ (G) met een vlag waarop een stuk kaas, voorzien van drie (van de zes) sterren uit het stadswapen van Gouda te onderscheiden is. Deze vloot vaart achter B aan: ‘Een Spaens schip ghenaemt Spaens bedroch’. Linksboven nog twee zeilschepen: ‘Een Schip comende het Hollands verderf strijdt leveren’ (H) met op een van de vlaggen een oranjeboompje, en links daarvan het schip ‘Wesel’ (I).

In de versregels onder de prent zijn de remonstrantse schepen aan het woord: ‘Wy spoeden lustich voort, het is wel voor den wint. // Maer t’is al heel verbrot, indienmen ons hier vindt.’ Gevonden zijn ze inderdaad – door de schepen linksboven. Het ene is gelieerd aan Oranje-stadhouder Maurits (oranjeboompje). De ‘Wesel’, het andere schip, is een steek in de richting van Van Oldenbarnevelt. De stad Wezel, van oudsher een vluchtoord voor Nederlandse protestanten en een calvinistisch bolwerk, was in 1614 bezet door de Spaanse veldheer Spinola, wat van calvinistische zijde werd geweten aan te trage besluitvorming van de Staten-Generaal door toedoen van Van Oldenbarnevelt. Vanwege diens pacifistische neigingen, die voor zijn politieke tegenstanders naar spaansgezindheid riekten, was hij verdachte nummer een. Van Oldenbarnevelt was omgekocht, zo werd twee jaar later in de Staten-Generaal verkondigd, en daardoor had een leger onder leiding van Maurits de val van Wezel niet kunnen voorkomen.

De Arminiaensche Vaert is het vervolg op de eveneens anonieme Wonderlijcken Droom vande School-houdinghe van Mr. Ian van Oldenbarnevelt (Knuttel 2777, 2778). Beide pamfletten hebben ook eenzelfde opzet: het drieledige titelblad met verklaringen binnenin, zoals een gedicht over de voorspellende dromen à la de pamflettitels in bewoordingen die aan de titelprenten refereren. In De Arminiaanse Vaert maakt de ik-dichter duidelijk dat Van Oldenbarnevelt aan het roer staat van ’t Hollands Verderf en dat de scheepsmaten Arminianen zijn die voorheen op zijn school zaten. Naast alle scheeps- en schoolmetaforiek is er ruimte voor optische beeldspraak: stuurman Van Oldenbarnevelt is slechtziend en heeft dringend een bril nodig.

Afbeeldingen

Verder lezen

Kootte, T. G. (ed.), Rekkelijk of precies: remonstranten en contra-remonstranten ten tijde van Maurits en Oldenbarnevelt. (Utrecht: Rijksmuseum Catharijneconvent, 1994).

Meijer Drees, Marijke, ‘Kijken, lezen, oordelen: prent en tekst van het pamflet Den Arminiaenschen Dreck-waghen (1618)’, in Marc van Vaeck, Hugo Brems, Geert H.M. Claassens (red.), De steen van Alciato. Literatuur en visuele cultuur in de Nederlanden: opstellen voor prof. dr. Karel Porteman bij zijn emeritaat. (Leuven: Peeters, 2003), pp. 495-513).

Meijer Drees, Marijke, ‘Goed voor de ogen: brilmetaforiek in vroegmoderne pamfletten’, in José de Kruif, Marijke Meijer Drees, Jeroen Salman, Het lange leven van het pamflet. Boekhistorische, iconografische, literaire en politieke aspecten van pamfletten 1600-1900 (Hilversum: Verloren, 2006), pp. 129-142.